Midshot foto van Morgan met groen van bomen op de achtergrond

“Zichtbaarheid creëren is belangrijk”: Een interview met Morgan  

“Wat ik op dit moment doe is vooral zichtbaarheid creëren door mee te doen met posters en video’s. Omdat ik zichtbaar ben nu, maak ik het waarschijnlijk veel makkelijker voor mensen over tien/twintig jaar. Omdat we dan gewend zijn om mensen als mij en jou te zien en te ervaren.”

Een interview met Morgan (20), Nijmegen.

Je doet dit jaar mee aan de GSA video-shoot voor Paarse Vrijdag. Hoe was jij er terecht gekomen?

“Ik zag op Instagram een oproep vanuit het GSA Netwerk. Daarin stond dat ze nog heel dringend opzoek waren naar non-binaire mensen. Toen had ik zoiets van: Dan meld ik me aan! En toen kreeg ik ineens een week later een mailtje met het bericht dat ze nog een ander videoproject hadden en vroegen of ik hieraan mee wou doen. En toen zei ik ja natuurlijk.”

Wat was je motivatie om je aan te melden?

“In eerste instantie is het vooral zichtbaarheid creëren. Omdat dat iets is wat ik heel makkelijk kan doen. Omdat ik nogal zichtbaar ben als trans persoon. Ook in het dagelijks leven. Niet alleen in mijn huis maar ook als ik over straat loop. Dus ik dacht: waarom gebruik ik niet mijn zichtbaarheid om dat ook duidelijk te maken via een poster of videoproject? Het is goed om te laten zien op hoeveel manieren mensen non-binair en trans zijn.”

Waarom vind je dat zo belangrijk?

“Ik vind het belangrijk omdat ik het idee heb dat het beeld van queer personen in de maatschappij op dit moment niet heel divers is. Ik heb het idee dat de meeste mensen ons alleen maar als een stereotype gezien. En dat mensen niet helemaal doorhebben dat als je bijvoorbeeld zegt ‘ik ben een trans man’ dat niet altijd hoeft te betekenen dat je mannelijk moet doen. Terwijl dat beeld er wel bestaat. En ik denk dat hoe meer mensen verschillende identiteiten laten zien, hoe diverser het beeld van de gemeenschap wordt.”

Waar denk je dat het eenzijdige beeld vandaan komt?

“Dat heeft zoveel verschillende factoren. Allereerst de media. De media hebben heel lang alleen personen die in het normatieve plaatje passen in beeld gebracht. En daarnaast dat specifieke termen zoals: genderqueer, genderfluid en agender eigenlijk niet erg bekend zijn. Alleen de overkoepelende term non-binair wordt buiten de community gebruikt. En dat zorgt er ook heel erg voor dat er een eenzijdig beeld is van non-binaire personen. En ook de manier waarop wij educatie krijgen over het onderwerp. Het is vaak gericht op het lhb-gedeelte en de binaire t. En dan vooral op de medische transitie kant ervan en niet zo op ervaring.”

Het onderwerp van de Paarse Vrijdag is dit jaar activisme, sta op. Hoe zet jij je in? En wat zou je in de toekomst graag willen doen?

“Ik doe de docentenopleiding Engels en ik probeer medestudenten en dus toekomstige docenten te beïnvloeden door er simpelweg te zijn. Omdat er een trans persoon in hun klas zit moeten ze ook gaan nadenken over hoe ze later om willen gaan met transgender en non-binaire leerlingen.”

“Ik ga in de toekomst lesgeven aan middelbare scholieren. En dat vind ik eigenlijk ook een beetje activisme. Want wat is beter dan representatie creëren buiten de media om? Dat mensen over non-binaire personen zeggen: ‘dat is diegene die achter de kassa zit’, ‘dat is mijn docent’. Dat vind ik gewoon belangrijk. Verder ook omdat queer leerlingen dan weten dat ze met mij kunnen praten.”

 

Hoe is de zoektocht voor jou geweest?

“Toen ik 17/18 was ging ik meer over gender nadenken. Wat ik merk is dat Nederlandse bronnen niet nuttig waren voor mij. Omdat die er eigenlijk gewoon niet waren. Ik wist eerder dat ik genderdysforie had, dan welke identiteit ik had. Toen ik dat wist ben ik met een aantal vrienden die al langer wisten dat ze non-binair zijn erover gaan praten. Ook werd ik lid van Facebook-groepen waar ik met non-binaire personen sprak. En toen kwam ik erachter dat ik dezelfde ervaring heb op het gebied van hoe ik gender ervaar, hoe ik naar gender kijk. Nu neig ik naar het specifiekere label agender toe omdat vaak als ik naar gender kijk ik het helemaal niet meer snap. Ik ervaar dan een soort disconnectie met het binaire.”

En naar buiten toe? Het vertellen?

“Het uit-de-kast-komen stopt eigenlijk nooit. Het is elke keer als ik iemand nieuw ontmoet: ‘oh hey, trouwens mijn voornaamwoorden zijn die/hen/hun en ik ben non-binair’. Omdat mensen me anders niet correct aanspreken. Dus het is eigenlijk: hey ik ken je voor 5 minuten. Hier is mijn gehele genderidentiteit en levensverhaal.”

“Mijn moeder wist meteen wat het was dus dat was erg chill. Toen ik het ging uitleggen aan mijn vader heb ik twee uur op de bank gezeten met een powerpoint. Mijn vader had namelijk eerst geen idee waar het over ging. Hij dacht dat ik eerst een meisje wou worden. Maar hij snapt het nu meer.”

Waar hoop je dat we over 10/20 jaar zijn?

“Ik zie dan graag een wereld waarin non-binaire identiteiten evenveel geaccepteerd en begrepen worden als man en vrouw. Wel erg ambitieus.. Maar dat is wat ik hoop.”

En als je kleiner denkt?

“Laat ik zeggen dat ik over 2 jaar hoop dat er mee representatie is. En ook dat de voornaamwoorden die/hen/hun meer ingeburgerd zijn.”

Is er nog iets dat je anderen wilt meegeven? Een advies aan je vroegere zelf, aan anderen?

“Ik zou heel graag tegen mezelf willen zeggen: zit niet zo in over al die labels. En bedenk gewoon wat je fysiek en mentaal nodig hebt en de labels komen wel later.”

“Verder, als je de gedachten hebt dat je misschien trans bent, meld je dan alvast aan voor gendertherapie. Want anders moet je heel lang wachten. Ik sta bijvoorbeeld nog zeven maanden op de wachtlijst. Dus dat is het advies wat ik aan mezelf had willen geven.”

 

Door Zinga van der Veen

Foto: Nienke Vos | Instagram: @nienkeruthvos

 

 

 

 

Credits

Branding & design Cheerleader.studio

Website development Digitmind.nl

Fotografie headers: Tengbehkamara.com