Veel transgender personen zijn niet tevreden met de geboden transgenderzorg in Nederland. Dat blijkt uit een onderzoek van Principle 17.

“Een deel van de transgenders is ontevreden omdat er vaak bot en met weinig inlevingsvermogen gecommuniceerd wordt “, zegt CB Berghouwer, bestuurslid van TNN en lid van Principle 17, in een interview met RTL Nieuws. Afspraken worden afgezegd of verzet, het traject duurt lang, er zijn veel wachtlijsten en veel transgender personen vrezen dat psychologen hen uiteindelijk de toegang tot zorg weigeren. Ze hebben volgens Berghouwer het gevoel dat psychologen beoordelen of ze wel trans genoeg zijn. Bovendien kan zorg geweigerd worden als ze psychische problemen hebben, depressief zijn bijvoorbeeld, maar die problemen hangen vaak juist samen met het trans-zijn.

Principle 17 publiceerde op 10 december het rapport Transzorg in Nederland. Principle 17, een collectief van activisten dat zich inzet voor transzorg op maat, is genoemd naar het Yogyakarta Beginsel 17, een internationale afspraak uit 2006 over de toepassing van internationale mensenrechten op zaken rondom genderidentiteit en seksuele oriëntatie. In Beginsel 17 staat het recht op de hoogste bereikbare standaard van zorg beschreven.

Het rapport laat volgens de onderzoekers duidelijk zien dat er een breed gedragen gevoel van ontevredenheid is over de transgenderzorg. De geboden transzorg komt volgens hen onvoldoende tegemoet aan de wensen van zorgvragers. Zo meldt 43 procent van de respondenten negatieve ervaringen met de transgenderzorg. Ze ervaren grote starheid in het medische proces en een gebrek aan zelfbeschikking. De lange wachttijden zijn een doorn in het oog, maar ook een vaak respectloze bejegening (naam- en genderaanduiding) en weinig kennis en inzicht van non-binaire mensen. Positief vonden veel respondenten overigens wel de aanwezigheid en vergoeding van (een deel van de) zorg en de steun van vrijgevestigde behandelaars.

Het VUmc genderteam, de grootste zorgaanbieder voor transgender mensen in Nederland, zet vraagtekens bij het onderzoek. Volgens hen is de kans groot dat de 241 mensen die meegedaan hebben aan het onderzoek hebben meegedaan omdat ze ontevreden zijn. “Wij herkennen hun klachten in ieder geval niet en zien ook een hoop tevreden mensen”, zegt Martin den Heijer, voorzitter van het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van VUmc, tegen RTL Nieuws. Hij verdedigt het traject met het argument dat het ziekenhuis wil voorkomen dat mensen spijt krijgen van een ingrijpende beslissing. Dat hoort volgens hem bij goede zorg.

Met dit rapport wil Principle 17 politiek, verzekeraars en zorgverleners overtuigen dat het anders moet, en ook anders kan. Transgender personen die zorg vragen, willen serieus genomen worden in hun wensen en niet via een (onnodige) psychiatrische diagnose behandeld worden. Zorgverleners zouden meer over genderdiversiteit moeten leren en er is vraag naar goede psychosociale zorg. Principle 17 wil dan dat zorgverleners niet alleen de wensen van transgender zorgvragers serieus nemen, maar ook dat transgender mensen als volwaardige gesprekspartner kunnen meepraten over de (her)inrichting van de Nederlandse transzorg. Bijvoorbeeld de werkgroep die nu bezig is met een somatische zorgstandaard voor transgenderzorg, opgericht op initiatief van de Nederlandse Zorgautoriteit NZA. Ze kijken onder meer naar de mogelijkheden van meer zelfbeschikking.

Bron: RTL Nieuws, Principle 17